Wie schrijft die blijft en laat dit maar eens bij blijven: er bestaan verschillende schrijftalen. Als je Jan-met-de-pet-op vraagt welke talen er zijn, gaat het antwoord van Chinees tot Grieks met veel tussenstappen en heeft hij het in het snuggerste geval over dialectafleidingen. Als je het over schrijftalen hebt, dat valt iedereen uit de lucht. Een tongval is bekend, dus laat ik dan een “schrijfval” introduceren; een soort muizenval waar je als auteur door je aard en nieuwsgierigheid, onbewust maar zelfsprekend, wordt door bevangen en gevangen.

Een paar “schrijfvallen” zijn duidelijk. Denk maar aan het “ambtenarees” waarbij te veel formeel taalgebruik onder het stof vandaag komt: “Ik heb gevolg gegeven aan uw verzoek inzake de indiening van uw manuscript. Dienaangaande wil ik u thans informeren over de uiterste datum van antwoord, daar uw werk geresulteerd heeft in overbelasting van onze afdeling en wij dus genoodzaakt zijn een onduidelijke periode van wachttijd mede te delen.” Sollicitatiestijl is ook een dooddoener waar te veel werk wordt gemaakt van woorden als “zeer geachte,” “hoogachtend,” “refererend naar mijn professionele ervaring” of “gelieve in bijlage mijn curriculum vitae te vinden.” Bij vrienden kan je dan weer goochelen met hippe termen als “yo man,” “cool” en “dab.” Toch is in al deze gevallen schrijven vaak schrappen voor de meest verteerbare happen.

Een bepaalde “schrijfval” is zo dan wel duidelijk, maar ik denk meer aan een subtielere manier van je uiten als auteur. Als je vaak columns leest, zal je wel herkennen dat een auteur een zekere stijl heeft die je zelfs zou kunnen identificeren als er geen naam onder staat. Die V.I.P.-status hoef je echter niet te hebben. Ook jij hebt je eigen papieren tongval en je moet je vooral niet laten beïnvloeden door het “Algemeen Beschreven Nederlands.” Schrijf vanuit je ziel. Denk niet aan je lezers of aan wat “men” zal zeggen. Schrijf alles op zoals je dat voelt. Brul die frustratie eruit, laat tranen vloeien als een overstroming of krijg buikpijn van het gierend lachen. Zoek die “schrijfval” en kies voor jezelf. Zoals je je eigen gesproken taalaccent hebt, zo heb je je eigen pennuance. Stem op jouw stem en doe dat kieskeurig. Pas in de laatste kun je een beetje bijschaven aan de verwachtingen van je publiek, al moet je ervoor blijven oppassen om je eigenheid niet te verliezen.

Op school leerden we de regeltjes van de kunst en die liggen vast. Spel- en grammaticafouten bestaan. Als je een begrip als “schrijfval” introduceert, moet je je gaan afvragen of er wel zogenaamde “taalfouten” bestaan. Een bepaald accent kan een eigenheid geven, waarop het etiket “verkeerd” staat geplakt. Als je nog eens wordt bekritiseerd op taalmissers, schakel je je tegenstander dus uit met: “maar weet je dat dan niet, dat is mijn schrijfval.” Jazeker, jij als schrijver vanuit je hart, hebt het altijd bij het rechte eind. Be right! Be Bright! And just Write (yes, een beetje sluikreclame voor Bright 2 Write).

Ga dat oerinstinct achterna. Elk pasgeboren wezen heeft een primitief overlevingsgevoel in zich om zich uit te drukken en om te gaan communiceren. Welke taal dat gaat zijn ligt niet vast en wordt vaak beïnvloed door de omgeving. Niettemin is het voor velen niet gemakkelijk om datgene wat ze denken uit te drukken in een taal. Dingen verwoorden staat gelijk aan creativiteit. Speels en constructief omgaan met woorden is een taalscheppend vermogen. Oefening baart kunst of anders kun je nog altijd beroep doen op een copywriter.

Een bekend citaat van Voltaire is dat schrijven het schilderen van de stem is. Zorg er dan vooral voor dat je jouw kleuren gebruikt om er een kunst van te maken. Spreek vooral jouw spreuken uit met jouw schrijfval!

schijfval